Blog Image

tamtamafrikan

Onze Blog

Wilde en andere avonturen op onze rondreis door West-Afrika.

België, Frankrijk, Spanje, Marokko, Mauretanië, Senegal, Mali, Burkina Faso, Mali, Burkina Faso, Ghana, Togo, Benin, Nigeria, Kameroen, Nigeria, Niger, Burkina Faso, Mali, Mauretanië, Marokko, Frankrijk, België

Kleuren

België Posted on Sun, July 12, 2009 15:15:22

Als jullie willen weten welke kleuren we gekozen hebben voor ons nieuwe huisje….
Of je hebt echt zin om te komen helpen schilderen…
altijd welkom vanaf maandag 13 juli.
Geef een seintje, dan voorzien we genoeg borstels en rollen, koffie en boterhammen, pintjes en een avondmaal…
We wachten op jullie!



Thuis!

België Posted on Tue, June 30, 2009 18:31:53

Na gastronomisch verwend geweest te zijn bij Ina en Jeroen, na genoten te hebben van de rust, de natuur, het zonnetje en het gezelschap, vertrokken we naar Besançon, waar we welkom waren bij Renée, Michaël, Daryl en Jodie.
Onmiddellijk kregen we een rondleiding in de stad. Tijdens de lunch kregen we het voorstel om in de buurt een via ferrata te gaan doen. Dat is een klimroute op een rotswand, maar met ijzeren trapjes en opstapjes en kabels waar je je aan vast kan klikken met beveiligingsmateriaal. ‘Je mag dit doen zonder gids. Iedereen kan het. Je hoeft er geen enkele ervaring voor te hebben,’ werd me verzekerd. Gert had dat al eens gedaan in Zwitserland. Hij kende het dus al. We vroegen ons wel af of onze conditie dit zou aankunnen.
Met veel goede moed begonnen we eraan. Mensen, ik heb nog nooit, nog nooit in mijn leven zoveel schrik gehad! Toch niet dit soort angst. Het was al spannend in het begin. Je hangt daar boven de afgrond. En dan komt daar een hindernis waar je op é;é;n kabel moet stappen en je vasthouden aan een andere, weg van de rotswand, boven de afgrond. Schrik, ik had zo’n schrik! Ik durfde niet. Michaël probeerde me te overtuigen, sprak me moed in. Ik durfde niet. De tranen brandden achter mijn ogen. Ik begon een beetje ongecontroleerd te bibberen. Dit kende ik totaal niet. Uiteindelijk heb ik het toch gedaan, heel de via ferrata. Of ik het leuk vond? Ik weet het nog altijd niet. Of ik fier ben op mezelf? Eigenlijk niet, want de manier waarop ik het gedaan heb, is niet echt om trots op te zijn. Of ik het ooit nog eens wil doen? Misschien wel, ik denk dat ik een volgende keer minder bang ga zijn. Wat ik geleerd heb? Ik ga vanaf nu minder aandringen als kinderen (op school) iets dergelijks niet durven. Tja, ervaringsgericht, hé;. En de Gert? Die heeft dat op zijn sokken gedaan! Wat ik wel supertof vind, zijn de foto’s. Toch echt wel graaf!
Na deze tocht was de dag nog niet om! Het was 21 juni, ‘la fête de la musique’ in Frankrijk. Dus ‘s avonds trokken we de stad in. Overal optredekes. ‘t Was voor ons de eerste keer om weer rond te lopen in een Europese stad. Leuk en raar. Ik keek rond en besefte dat ik wat zou moeten gaan shoppen om nog in de mode te zijn. Veel rare mensen, zotte mensen, zatte mensen. Waar is de beschaving? In welk continent? Wat is beschaving?

We verlieten Besançon (bedankt Renée en co!) en reden wat kleine wegeltjes in de Vogezen. Eé;n dag maar, want we wilden ergens op tijd geraken! Via Luxemburg reden we ons vaderland binnen op dinsdag 23 juni 2009. Recht naar Bocholt! Bocholt? Yep! Ons plan was altijd al geweest om aan te komen op het jaarlijkse kamp van klas 1 en 2 van mijn school, Zeppelin. Al jaren doe ik dit kamp mee. Al jaren is het juni kamp superleuk en zonnig. Dat kon ik toch niet missen! Ik kon Vanessa en Marleen toch niet zonder mij laten gaan! Het leuke was uiteraard dat zij er niets van wisten. Dinsdagavond komen wij eraan. Ik zie Marleen haar auto staan, dus we zitten juist. Vanessa komt nietsvermoedend naar buiten…het weerzien was onbeschrijflijk…
Ons einddoel was bereikt! We hadden het gehaald! Het was gelukt! De laatste weken hebben we gereden en gereden, maar we waren er op tijd, in Bocholt!
Een superleuk en ontspannend kamp was het!
Vrijdag zetten we onze verrassingstoer van Vlaanderen verder en belandden we in Leuven bij Yorg en Anja. We aperitiefden, gingen lekker Nepalees eten en mochten in hun tuin kamperen!
Zaterdag reden we rechtstreeks naar de repetitie van Poco a poco. Mensen terugzien, sax weer vastnemen. Het voelde nog steeds goed, meer dan goed!
Vervolgens naar Ilse en Stef. We belden aan. Stef keek naar beneden door het raam en speelde onmiddellijk het spelletje mee. ‘Wie is het?’ vroeg Ilse. ‘De Kristof,’ zei Stef, ‘Ik zal gaan opendoen.’ Trippel, trippel, naar boven. ‘Dag zus…’ Omhelzingen en kussen volgden. Als iedereen wat bekomen was van de emoties zijn we lekker samen gaan eten in de Lunchbox. Terug in Antwerpen, raar, ‘t doet iets met je…vlinders in je buik…
Met Ilse en Stef trokken we naar de Mechelsepleinfeesten, waarvan ik 100% zeker wist dat Anje, Nele en Hilary daar zouden zijn. Ik speurde rond: ‘Zouden ze er al zijn?’ We liepen een paar keer rond het plein tot ik Nele spotte. Handen voor haar ogen. ‘Hoe kan ik nu weten wie ge zijt als ik uw stem niet kan horen!’ ‘Dag Nele…’ Te groot voor woorden…
Even later Anje en Hilary. De vier musketiers waren weer verenigd. D’Artagnan was thuisgekomen.
Jean-Marie, Lieve, Gerard en vele andere vrienden zagen we weer. ‘t Was goe…
Zondag was ouderdag, zondag familiedag. Eerst naar de ouders van Gert. Ilse ging mee. Ze wildde hun gezicht ook wel zien. Aangekomen, bellen… niet thuis. Ilse telefoneerde: ‘Ik sta hier voor jullie deur. Ik kom iets brengen. Waar zijn jullie? … Nee, ik weet nog niets van Gert en Veerle.’ De ouders van Gert zaten bij ‘De Trappisten’ in Westmalle, samen met tante Bea, nonkel Karel, nonkel Paul en Lutgard. Allen daarheen dus! Lekker pannekoekske en ijsje gesmuld, in ‘t zonneke. Iedereen blij.
Volgende post, mijn ouders. Dieter was ook net daar. Hij zei: ‘Mam, er parkeert een witte Land Rover voor de deur.’ ”t Is toch niet waar zeker?!’ Het was wel waar! Gezellig gekletst en gebabbeld. Babbelen, babbelen, babbelen… Mijn mond staat niet stil, zegt de Gert. Hij krijgt er geen speld tussen!
Van de Baron Opsomerlaan naar het Hof van Ranst… Vandaag de sleutel gekregen… We zijn thuis…WE ZIJN THUIS!!!

Aan alle trouwe bloggers: Bedankt, bedankt allemaal! Het heeft ons zo’n deugd gedaan onderweg, jullie berichtjes… Dankjewel en tot de volgende keer 😉

Je kan ons terug vinden in het H v R in L, maar dan in nummer 3. Het is te zeggen, eigenlijk wonen we de maand juli nog bij mijn broer in nummer 1, want we moeten ons huisje nog schilderen (hint!).
Onze gsm nummers werken weer en zijn nog steeds hetzelfde.
Gert +32 496 … en Veerle +32 496 …
In verband met de schilderwerken (juli)
en een terugkomstfeestje/housewarmingparty (augustus)
volgt er nog nieuws. Schrap de blog dus nog niet van je toolbar!



We zijn er

Route Posted on Tue, June 30, 2009 18:21:15

Zij die ‘s nachts dromen in de stoffige hoeken van hun geest
worden overdag wakker en ontdekken dat het ijdelheid was;
maar het zijn de dagdromers die gevaarlijk zijn,
want zij kunnen met open ogen hun droom
tot werkelijkheid maken.

T.E.Lawrence



Blij dat we ‘t gedaan hebben!
G



Europa

Frankrijk retour Posted on Mon, June 22, 2009 12:33:20

Het mooie Tafraoute lieten we achter ons, via idyllische paadjes waar we een plekje tussen de bergen vonden om te overnachten. Prachtig!
De volgende dag namen we de weg via de Tizi-‘n’-Test, een bekende col die naast de Toubkal, de hoogste berg van Marokko, loopt. Weeral heel erg mooi!
Aangekomen in Marakkech gingen we op zoek naar onze Braziliaanse vrienden, Roy en Michelle, en we vonden ze. Samen hebben we een heel gezellige avond doorgebracht met een lekker glas wijn, zelf bereide tajine en traditionele Touareg thee. Om onze 30 000 km te vieren! Heerlijk tof! We maakten ineens de afspraak dat ze bij ons langs zouden komen in België;, om ons bier, onze frieten en chocolade te leren kennen. Roy en Michelle zijn al 2,5 jaar aan het reizen, waardoor ze ondertussen veel Europese vrienden hebben. Voor ze naar huis gaan (met de boot vanuit Antwerpen) willen ze graag Europa leren kennen door al hun vrienden te bezoeken. Leuk!
In Marakkech merkte Gert plots dat onze auto heel veel olie lekte. Op twee dagen zakte het peil van maximum naar minimum. Niet goed dus. Ondertussen is Gert al dikke vrienden met de eigenares van een winkeltje waar ze Land Rover onderdelen verkopen. Zij kon ons een betrouwbare mecanicien aanbevelen. Hij had niet echt een garage, enkel een strooien dakje. Twee jongetjes van een jaar of 10 waren er in de leer. Die gaan dus niet meer naar school. Beter dan dat ze op straat rondhangen, maar het blijft toch een raar gegeven voor ons. Normaal gezien zou je hier nooit zelf aankloppen. De man sprak geen Frans, maar was uiterst vriendelijk en behulpzaam. Hij begon er onmiddellijk aan en heeft degelijk werk geleverd, voor een eerlijke prijs.

Omdat we dus twee extra dagen in Marakkech gebleven zijn, é;é;n voor Roy en Michelle en é;é;n voor de mecanicien, besloten we Fès niet meer te bezoeken, maar rechtstreeks naar onze vrienden in Guercif te rijden. Soms moet een mens prioriteiten stellen en bij ons gaan mensen nog steeds voor!
In twee dagen zijn we tot daar gereden met een overnachting bij Azrou op een camping in een kersenboomgaard.

‘t Was natuurlijk weer een leuk weerzien met Tasniem, Meryem en de vier kids. Het logeerbed stond al op ons te wachten! We hebben er het weekend doorgebracht, bijgebabbeld, veel kruiden gekocht, naar de film Annie gekeken (want dat was een gat in Gerts cultuur) en … een bootticket naar Europa geboekt.

Op maandag 15 juni om middernacht vaarden we af en verlieten we het Afrikaanse continent, waar we negen maanden doorgebracht hebben… We hebben nog lang gekeken op het achterdek naar de lichtjes van Nador die steeds kleiner werden… Een heel raar gevoel, niet negatief, niet positief, gewoon raar…
We waren de enige ‘echte’ Europeanen op de boot. De anderen waren Marokkanen die in Europa woonden. Ik dacht bij mezelf: ‘Zouden zij nu verdrietig zijn, omdat ze Marokko moeten verlaten?’ Ik was eigenlijk wel een beetje fier: nu gaan wij naar onze echte thuis, naar onze roots…
Nador-Sète (Frankrijk), 36 uur, twee nachten en é;é;n dag. De bootreis viel reuze mee! We hadden een beetje schrik, omdat we negatieve commentaar over deze boot gehoord hadden: vuil, vies, oud enzo. Dat was helemaal niet het geval! Omdat het nog net laagseizoen was, kregen we een ruime buitenkajuit (met raampje), met eigen badkamer en comfortabele bedden. Super! Buiten op het dek was het zalig met een warm zonnetje en een frisse wind door je haren. Het eten was allemaal inbegrepen, in het restaurant waar we bediend werden door obers. Luxe! Allemaal voor een promotieprijs.
Wat hebben wij vooral gedaan op de boot? Geslapen, gegeten en af en toe een luchtje geschept. We hebben ontzettend veel geslapen, ook overdag! Wij waren (zijn) eigenlijk steendood moe van de grote afstanden die we de laatste tijd rijden.
Woensdagochtend 17 juni om 6.30u zetten we voet en wiel aan wal in Frankrijk. Heel vriendelijke douanen en lieve snuffelhond. ‘Ja hoor, we hebben kruiden bij, heel veel zelfs, van Marokko, maar niet degene die u zoekt.’ De man kon ermee lachen. Geen stempels meer nodig, we waren thuis, of toch bijna…

Via de mooie route van de Gorge du Tarne zijn we naar Saint-Enimie gereden. Gert wilde er graag nog eens langs, want 15 jaar geleden gingen zij met thuis daar op vakantie. Daar is hij anarchist geworden, beweert hij. We hebben er lekker geluncht en wat geshopt. Het is een heel mooie weg en een gezellig dorp, maar supertoeristisch. Langs de gorge vind je de ene camping naast de andere. Het stikt er van de mobilhomes, onvoorstelbaar.
Na ons overheerlijk broodje met Camembert (9 maanden geleden!) zetten we koers naar Griet.

Griet en Raphaë;l zijn ondertussen verhuisd. Ze vonden een droomhuis, gebouwd in 1900, met een uitzicht ongelooflijk, in de bergen, met tuin… We werden verwend met gebraad van een plaatselijke koe, vanille ijs met aardbeien uit de tuin en Champagne! Er moest dan ook heel wat gevierd worden: onze terugkomst, het laatste examen van Griet, hun nieuwe huis en binnenkort Griets nieuwe job. Ze gaat lesgeven in een dorp in de bergen, in een schooltje dat bestaat uit é;é;n klas, van 1ste kleuterklas tot 5de leerjaar, 12 kinderen. Tegelijkertijd zal ze ook nog directrice zijn. Precies zoals in de film! Fantastisch vind ik het! Griet, ga ervoor en heel veel geluk!
Op naar de volgende vrienden, Ina en Jeroen, de Nederlanders die we tegengekomen waren in Green Turtle in Ghana. Zij hebben een huis in de Provence met kamers die ze verhuren. Naar hun eigen zeggen zou het er heel mooi zijn. We waren benieuwd, wisten niet goed wat te verwachten. Tjonge jonge, prachtig is het hier! Ongelooflijk tof! Het domein, de tuin anex bos is zo mooi en groot. Het ligt midden in de bergen, in een dal en er loopt zelfs een riviertje doorheen. Het huis waar ze al jaren letterlijk eigenhandig aan werken is heel gezellig ingericht. Als vakantieganger kan je een gîte huren, de blokhut of het hele huis of je kan er kamperen. Zo tof, een echt paradijsje en heel erg rustig. Voor wie oververmoeid is, rust nodig heeft, een zonnetje, frisse buitenlucht, lekker eten en graag wandelt, is dit de ideale plek. Ga zeker eens een kijkje nemen op hun website www.bergeriebaron.com.
Als god in Frankrijk…
Hier zitten we nu te genieten en herinneringen op te halen van Afrika, overlanders onder elkaar…
Onze volgende stop zal waarschijnlijk Besançon zijn, bij Renné;e en haar familie, waarmee we samen in Mauretanië; (in het heengaan) aan Cap Tafarit aan de kust gezeten hebben.
We komen steeds dichterbij…!



Travel info

Route Posted on Sun, June 07, 2009 12:22:05

For all our traveler friends.
Enjoy!

Update: 29 may 2009
more updates coming soon…

Gert



Van het zand de bergen in

Mauretanie en Marokko retour Posted on Sun, June 07, 2009 12:06:39

Ons weekendje aan het strand van de Niger was zalig! Heerlijk veel gelachen! Geen krokodillen gezien. Daarom heeft Gert zelf maar voor krokodil gespeeld. Heerlijk gegeten (dankjewel Boubou) en telkens een delicieus theetje (dankjewel Ehameye).
Alleen ‘s nachts was het effe spannend! Begint het me daar ineens ongelooflijk te stormen. Regen, maar vooral een heel harde wind. Charlotte en Boubou vluchtten in hun auto en hebben daar de hele nacht krom gelegen. Maïka en Ehameye kropen in hun veel te klein Quechua 1seconde tentje met een hoop matrassen en andere spullen. Ehameye zijn voeten staken eruit. Wij zaten in onze tent die heen en weer schudde van de wind. Ik had schrik dat er stokken zouden breken. Gelukkig is dat niet gebeurd. Zo’n storm was voor ons geleden sinds Marokko. ‘s Anderendaags verscheen er weer een zonnetje! Warm zelfs, maar geen nood, de Niger was vlakbij!
Het was een mooie afsluiter van ons retourbezoek aan ons geliefde Mali.
We trokken richting Mauretanië;. Onderweg nog geslapen in Diema. Dara had ons een kampementje aangeraden van een Spaanse madam. Zijzelf zou er niet zijn, maar we hadden een telefoonnummer van een man die er nu voor zorgt. In Diema reden we alle mogelijke wegen af, maar vonden geen kampement. We zagen wel hutjes die geleken op de foto’s van de website, maar die waren totaal onderkomen en er was niemand. We vroegen info aan een gendarm. Hij belde voor ons de man op. Hij zou dadelijk afkomen. ‘Vriendelijk van die gendarm’, dacht ik, tot hij om een cadeau vroeg. Ik heb maar gedaan of ik het niet hoorde. De man kwam. ‘Volg me maar,’ zei hij. Waar nam hij ons mee naartoe? Naar de vervallen huttekes! Er was niets of niemand. Het was eigenlijk gesloten nu, maar we mochten er gratis kamperen. De man is zelfs nog water gaan halen voor ons.
Tja, ‘t was gene vette, Dara, maar we hadden wel een plek om te slapen, dus we waren weeral content.

De volgende dag de grens over. Geen enkel probleem tot de allerlaatste post. Een megacorrupte Mauretaanse douanier. We moesten 3000 UM betalen voor de stempel in onze carnet, wat natuurlijk niet nodig is. Het gaat recht in zijn eigen zakken. Het was tête dur tegen tête dur. Wij vatten post op een paar stoelen en hij ging slapen op zijn mat. Vier uur hebben we daar gezeten. Ondertussen zagen we taferelen waar onze mond van openviel. Een lokale vrachtwagenchauffeur moest 24000 UM betalen! De man probeerde te onderhandelen, te discussië;ren, maar het haalde niets uit. De bullebak draaide zich eens om op zijn mat. Heel veel mensen schudde verbijsterd hun hoofd, maar iedereen betaalde. Een Fransman die hier dikwijls kwam, vertelde ons dat de chef van deze post heel vriendelijk is en nooit geld vraagt, maar deze douanier altijd. Hijzelf was gepresseerd, dus hij betaalde maar. Van de Fransman kregen we de naam en het telefoonnummer van de douanier. We betaalden en vertelden de kakkerlak dat we een klacht zouden indienen tegen hem op het bureau in Nouakchot. Uiteindelijk hebben we dat spijtig genoeg niet kunnen doen, omdat we tijdens het weekend in Nouakchot waren, maar we zullen zijn naam zeker in onze excel file voor andere overlanders zetten, met de vraag of ze hem het leven zuur willen maken. Deze excel file gaat trouwens al goed rond.

Zo’n grens is zo nefast voor het toerisme! Nukkig begonnen we immers aan het bezoek van Mauretanië;. Liefst wilden we zo snel mogelijk weg uit dit rotland. Dit gevoel werd alleen maar versterkt door dezelfde ervaring als vorige keer: de zwarte mensen, de vrouwen en de kinderen zijn heel vriendelijk, maar de ‘blanke’ mannen zijn dikke nekken.
Het enige positieve aan dit land is zijn prachtige woestijn. De route de l’espoir van Mali naar Nouakchot is lang en ondraaglijk heet, maar adembenemend mooi.

In Nouakchot gingen we terug naar Auberge Menata, waar ik erg naar uitkeek. Het deed goed daar wat uit te rusten. De zeebries maakte het weer heel aangenaam.
Op een avond kregen we een mailtje van Roy en Michelle, de Brazilianen. Zij zouden een dag later aan de piste van Choum beginnen, door de woestijn van Mauretanië;. Of we mee wilden? We hadden er erg veel zin in, maar dan zouden we in snelvaart naar Atar moeten rijden en de volgende ochtend onmiddellijk vertrekken voor de tocht. We wisten dat Roy en Michelle de piste in twee dagen moesten afleggen om nog op tijd de grens te kunnen oversteken, voor het verstrijken van hun visum. Het leek ons wat te hectisch en besloten het niet te doen.
‘s Morgens werd ik wakker van veel lawaai:
BENG BENG KLETTERKLETTER. Het leek mij of iemand vuilbakken aan het uitkappen was in containers. Wat vertelde men ons als we goed en wel uit de tent waren??? Dat het granaten waren en mitraileurschoten! De politie die demonstranten uit elkaar dreef! Op 6 juni vinden er immers verkiezingen plaats. In heel de stad, in heel het land zie je overal affiches met dezelfde man op! Wie tegen is, krijgt een granaat naar zijn kop! Het geluid was dus niet BENG BENG KLETTERKLETTER, maar KNAL KNAL RAKKETAKKETAK…
Het was tijd om dit land te verlaten!
In plaats van de woestijnroute te nemen met Roy en Michelle reden we naar Nouadhibou om zo snel mogelijk naar Marokko te reizen. We snakten naar wat cultuur.

Oh, wat kregen we een spijt!!! In Nouadhibou ontstond er een crisis tussen ons en met onszelf. Vooral Gert had het er heel erg moeilijk mee. Hij had zo graag nog eens in het zand gereden…!
We ontdekten dat we het niet alleen moeilijk hadden met de woestijnkwestie, maar vooral ook met de terugweg. ‘t Is precies al gedaan. Vooral Gert heeft het hier lastig mee. Nochtans kijken we wel uit naar onze thuiskomst, om iedereen terug te zien, om weer de kleren te kunnen aandoen die je wil, om op te gaan in de menigte zonder dat iemand je aangaapt, om een pint te gaan pakken, om pasta met gerookte zalm en dille te kunnen eten, en yoghurt en allerlei kazen en vanille ijs met aardbeien, om op ‘t Zimmerplein te gaan zitten of de Dageraadplaats… zucht… Ge ziet, we kijken ernaar uit, maar tegelijkertijd bekruipt er u iets vreemds, iets waar zoveel mensen u voor waarschuwen, maar waarvan je hoopt dat het jou niet zal overkomen…

Enfin, we zijn de grens overgestoken. Vanaf de Marokkaanse grens begint het westen. Dat merk je al aan de grensformaliteiten, strikt, vriendelijk, professioneel, correct, met computer, de enige grens waar ze onze auto doorzochten. De tent moest open. Dan kijken ze wel verbaasd op! Er was maar é;é;n man die niet tof was, é;é;n van de gorilla’s die de auto doorzochten. Hij heeft onze koekjes platgeknepen en zei dat ik in de auto moest gaan zitten. Dat heb ik dus niet gedaan! Ik zei dat het te warm was in de auto. Wat denkt die wel, mij efkes zonder reden kunnen commanderen waar ik moet gaan zitten!

‘s Avonds kwamen we aan in Dakhla, een bekende plek voor surfers, kiters en mobilhomen. Daar hebben we een dagje uitgerust in de baai aan het strand.
Dan volgden we op aanraden van een Frans koppel een piste in de woestijn. Die zou leiden naar een warmwaterbron waar je kan in baden. Wel voorzichtig zijn, niet van de piste afgaan, want de Westelijke Sahara ligt immers nog steeds bezaaid met mijnen. De route was mooi, maar de bron, hmm, daar hadden we ons toch lichtelijk iets anders bij voorgesteld! Wij dachten aan een kloof met planten en watervalletjes, maar ‘t was een stinkend stenen reservoir omringd door koeien- en kamelenuitwerpselen.
We zijn er dus niet ingekropen, maar hebben ons een eindje verder een plekje gezocht in de eindeloze woestijn om te overnachten…machtig.
Nog een traditionele thee voor het slapen gaan.
‘s Morgens reden we terug naar de asfaltweg. We namen voor een stuk een andere route en kwamen zo uit op een grote piste. Aan het kruispunt met de asfaltweg was een legerkamp. Die keken wel even raar op toen wij daar uit de woestijn kwamen, maar blijkbaar was het toch geen probleem.

We reden naar Luc en Martine, nog een plekje waar ik naar uitkeek, die kleine camping van twee Belgen, in het midden van de woestijn, aan een zoutvlakte.
‘t Was er nog steeds even rustgevend, maar spijtig genoeg waren Luc en Martine op vakantie in België;. De guardien, Hassan, was echter heel vriendelijk en we mochten er zowieso overnachten. Het sanitair was wel dicht. Spijtig, want dat was zo gezellig gemaakt en zo proper de vorige keer. Ach ja, de duinen zijn ook best proper 😉
Daarna hebben we een nacht geslapen op een camping in de buurt van Guelmim. Sinds dan zijn we de Sahara door. Het viel ons deze keer op dat de steden in de Westelijke Sahara zo artificieel zijn. Toch ook maar raar zo’n streek vol militairen. Wat nog altijd hetzelfde is, zijn de Sahariwi: vriendelijke theezetters die zich erg onderdrukt voelen. ‘Wat is er toch gebeurd?’ zei een man, ‘Mauretanië; was Frans. De Fransen zijn weggetrokken en Mauretanië; is onafhankelijk geworden. Hetzelfde geldt voor alle omliggende landen. Wij waren Spaans. De Spanjaarden zijn vertrokken en de Marokkanen hebben het ingepalmd.’ Hij schudde met zijn hoofd.

Vandaag zijn we in Tafraoute. We hebben besloten om toch nog enkele mooie weggetjes mee te pikken in Marokko. Ik had nog ergens een klein papiertje met tips van Anje en Stefan en Tafraoute stond daarbij. ‘t Is hier zalig. We zitten op een kleine, eenvoudige, superpropere camping. Geen kat te zien, buiten een koppel Nederlanders. De patron is een vriendelijke man. Het belangrijkste: we zijn omringd door bergen, een prachtig landschap. De temperatuur ‘s nachts is wel even wennen, brrr. Hier lassen we een pauzedag in.
We voelen ons al terug wat beter. Gert kan weer lachen. Hij is zelfs uiterst vrolijk, goed gezind en lief. Ik ben moe. Ik zal eerst vakantie moeten nemen als we thuiskomen, denk ik 🙂 Vanacht ben ik pas om drie uur in slaap gevallen. Niet onmiddellijk kunnen inslapen, dat is negen maanden geleden… Ik lag te piekeren over enkele minder leuke aspecten die bij thuiskomen horen…

Marokko doet ons wel deugd! Ik was benieuwd hoe we Marokko nu zouden ervaren, na zo lang in zwart Afrika gezeten te hebben. Wel, het is nog steeds heerlijk. De mensen zijn supervriendelijk, de politie wuift je met een glimlach na en wenst je een leuke vakantie, geen afzetters, rustig, mooi, zalige temperaturen, terug veel groentjes… Een groente- en fruitwinkeltje in Laâyoun was voor ons het paradijs op aarde. We genieten ervan.

Ons verdere plan: via de pittoreske route langs de Toubkal naar Marakkesh, van daaruit rechtstreeks naar Fès. Deze stad willen we nog graag even bezoeken. En dan tot bij onze vrienden in Guercif!
Vanuit Nador zou er een boot zijn naar Sete (Frankrijk). Dan ben je twee nachten onderweg. Lijkt ons wel iets om kilometers en tijd te sparen. We willen immers graag eind juni terug zijn.



Lievelingsplekjes

Burkina Faso en Mali retour Posted on Fri, May 22, 2009 20:52:53

Zondag, 17 mei 2009
Na onze ontmoeting met de giraffen moesten we terug naar Niamey om ons visum voor Burkina Faso aan te vragen. In de ambassade worden we weer zeer vriendelijk ontvangen. De consul, een dame, bekijkt onze papieren. ‘U wilt vandaag vertrekken?’ vraagt ze verwonderd. ‘Indien dat mogelijk is. We willen graag zo vlug mogelijk terug naar Burkina. ‘t Is daar zo goed.’ We logen niet! We meenden wat we zeiden! De dame glimlachte: ‘Ik zal zien wat ik kan doen. Ik heb veel werk, maar kom om 11 uur eens terug.’ ‘Dat is binnen twee uurtjes!’ dachten Gert en ik, elkaar aankijkend, ‘Jippidepipi! Burkina, here we come again!’ Zo reden we diezelfde dag nog de grens over.

We waren terug in é;é;n van onze lievelinglanden.
Het viel op dat Burkina toch veel groener is dan Niger, hoewel het ook hier snikheet is en er amper een druppel valt. Over die hitte pluk ik hier een paar woorden van de website van Jonas. Het beschrijft perfect de energievretende hitte: ‘een intense en nietsontziende hitte’, ‘creatief bezig zijn kost dubbel zo veel moeite’, ‘net als het stof en het zand kruipt de hitte in al je porië;n, wat je lichaam verplicht om een versnelling lager te schakelen’

We geraakten in é;é;n trek tot in Koupé;la. Daar hadden we al eens gelogeerd bij de katholieke missie. We klopten weer aan met dezelfde vraag. De zuster haalde haar schouders op: ‘Doe maar. Kampeer maar.’ Echt vriendelijk zijn ze daar niet, maar ze hebben wel een heerlijk rustig domein met veel schaduw en een zalig proper toilet.

De volgende dag waren we in no time in Ouaga. We reden recht naar de ambassade van Mali. ‘t Is te zeggen, na een paar uur zoeken! Ze waren natuurlijk weer eens verhuisd en de weg uitleggen is voor sommige Burkinabé; een moeilijke opdracht. Uiteindelijk gevonden. Op onze papieren vulden we in ‘é;é;n maand en é;é;n entré;e’. De consul veranderde het in ‘twee maanden en twee entré;es’. ‘Dat is niet nodig, hoor, meneer.’ ‘Voor Belgen,’ en hij noemde nog een paar nationaliteiten op, ‘is het altijd zo. Voor Fransen is het é;é;n week en é;é;n entré;e.’ ‘Houdt u niet van Fransen?’ ‘Fransen zijn lucht en ze babbelen teveel!’ Hij stond recht en zei: ‘Gaat u even zitten. Ik ben zo terug.’ Een kwartiertje later kwam hij terug en gaf hij onze paspoorten met visa! ‘t was klaar! ‘Amaai, dank u wel, meneer, dat is het snelste ooit!’ Jeuj, weer minder moeten wachten in een grote stad!

We lieten nog een onderhoud doen aan de auto bij Total en gingen dan naar de OK Inn. Toch gemakkelijk, hoor, als je de weg ergens al wat kent. Dan ben je veel meer op je gemak. Ik toch in elk geval.
In de OK Inn ontmoetten we Spanjaarden die bij wijze van spreken nog aan hun tocht moeten beginnen. Dat vind ik wel leuk. Nu zijn anderen de bleukes.

Eé;n nacht OK Inn was genoeg voor ons deze keer. We verlangden naar Nouna, é;é;n van onze lievelingsplekjes.
Na een helse wasbordpiste komen we aan in Nouna. We stoppen eerst bij Innocent en Brigitte om daar een frisse pint te drinken, om daarna ons vertrouwde plekje op te zoeken onder de boom bij camping Jonas.
Nog geen uur later komt Viviane binnen gehuppeld, superblij om ons terug te zien. ‘s Avonds eten we weeral gezellig samen met Jonas en Eli.
‘t Is fijn om terug te zijn, veel rustiger. De mensen kennen ‘la maison en haut’ al, ‘t nieuwe is eraf, dus minder bekijks, dus rustiger. Juist onze vrienden komen langs en daar amuseren we ons mee, een pintje bij Innocent, spaghetti bij Eli en Viviane, die entertained ons maar al te graag. Spijtig genoeg heeft Jonas 155 examens te verbeteren en is hij oververmoeid. Jonas, courage! Ça va aller!

Vorige keer in Nouna heb ik geleerd hoe sesamkoekjes te maken. Wel, nu heb ik van Viviane geleerd hoe sesamzaadjes te pellen en te kuisen en Eli heeft ons getoond van welke plant de zaadjes komen en hoe je die moet verzorgen. Man man, wij zijn toch nogal eens stads- en supermarktmensen, hoor! Ik wou graag wat sesamzaadjes mee naar huis nemen, maar ge kunt die dus niet gewoon kopen, hé;. Je moet ze eerst kuisen enzo. En dan klagen wij als kinderen bij ons zeggen dat melk van de winkel komt!
Gisteravond waren we uitgenodigd door Viviane voor de eindejaarsvoorstelling van een middelbare school hier in Nouna. ‘t Was eigenlijk een beetje nen bonten avond: toneeltjes, playback, danskes. ‘t Deed mij denken aan de weekafsluiting of de playback van de Zeppelin. Wat mij opviel: Afrika en Europa, zo’n groot verschil is het niet altijd, hoor!
Vandaag gaan we waarschijnlijk nog eens langs op de kermis van de school. Onze vriend Eli is er sportleraar en aldus verantwoortdelijke voor de spelletjes. We kunnen ook een fiets, een TV of een GSM winnen met de tombola! Precies ne Vlaamse kermis!

Vrijdag, 22 mei 2009
We hebben toen spijtig genoeg niets gewonnen 🙁
Des te blijer waren enkele gelukkige zielen van Nouna 🙂

Net voor we vertrokken in Nouna, hebben we nog een plaatje laten lassen door Innocent ter versteviging ergens onderaan de auto. ‘t Was daar namelijk aan het doorroesten. Innocent was heel blij dat hij iets mocht doen aan onze auto en wij waren heel blij dat hij dat voor ons wou doen, zomaar voor niks! Bedankt Innocent!
Twee dagen en é;é;n bushcamp verder komen we aan bij de herberg van Maïka in Bamako. Superleuk om iedereen terug te zien: Maïka, Bouba, Fanta, Ihameye, Sanne, Dara, Charlotte… Het is hier nog steeds een huis waar de deur altijd open staat en iedereen welkom is. Bovendien is de keuken een multicultureel heerlijk restaurant. Vanavond zijn het gebakken patatjes. De dorm bevindt zich op het dak met een fris windje. Dakherinneringen komen boven, Anje en Hil!
Voor de mensen die in de war zijn: het betreft hier dus niet echt een herberg natuurlijk, maar gewoon het huis van een heel toffe Vlaamse!

Buiten genieten en rusten (ja, ‘t is vermoeiend, reizen, hitte…!), hadden we hier ook werk te doen: het aanvragen van ons Mauretaans visum. Door het helse verkeer van Bamako op zoek naar de ambassade. We installeren ons in de comfortabele leren zetels in de met airco verfriste wachtkamer van de ambassade. Daar ontmoeten we vier Nederlanders, een Braziliaans koppel en een Française. We wachtten daar allemaal een paar uur om dan te horen te krijgen dat we morgen moesten terugkomen.

Wij gingen op zoek naar de boulangerie waar Bouba nu werkt. We stopten aan een bakkerij en worden plots omsingeld door twee politiemoto’s. Een kwade agent riep dat we de papieren moesten laten zien, want we hadden niet gestopt toen hij naar ons floot. Nu moet ge weten dat het verkeer van Bamako hels is, dat je acht ogen moet hebben en dat het gefluit, getoeter en geroep is van alle kanten. De hoek waar hij zou gefloten hebben, wordt bevolkt door een dozein agenten die stoer op hun moto liggen te niksen. Waarschijnlijk vonden ze onze auto iets interessants om de verveling te doorbreken en zullen ze te laat teken gedaan hebben. De agent kon er echter niet mee lachen en de Gert ook niet. Ik nam rustig het woord: ‘Mijnheer, u moet dat begrijpen. Wij zijn vreemdelingen hier. Het verkeer is verschrikkelijk. We kennen de stad niet. We proberen ons te redden. We zijn op zoek naar een bakkerij van een vriend. We hebben niks verkeerd gedaan. Onze papieren zijn in orde. We hebben u echt niet gezien, excuseer.’ Af en toe kwam een oververhitte Gert ertussen, maar ik probeerde hem het zwijgen op te leggen. De agent gaf de papieren aan mij terug en zei: ‘U, madame, spreekt op een goede manier, maar hij daar niet!!’ en we mochten gaan. Met andere woorden ik ben beter in het slijmen bij polissen!
De bakkerij van Bouba hebben we niet gevonden. Die waar we voor stonden was het niet. Achteraf hoorden we van Sanne dat wij al de derde blanken waren die in die bepaalde (verkeerde) bakkerij naar Bouba vroegen 🙂

De volgende ochtend kwamen we met zijn allen weer samen in de wachtkamer van de Mauretaanse ambassade. Wat bleek nu? Ze waren mijn paspoort kwijt! Iedereen moest uit de wachtzaal. Er werd gezocht onder de mat en achter de zetels. Niets. Een paar uur later kwamen ze vertellen dat we allemaal morgen moesten terugkomen, want dat het verdwenen paspoort de hele zaak blokkeerde. Dus door mijn verloren paspoort en door de nakende verkiezingen in Mauretanië; kon niemand zijn visum die dag al krijgen.
Ondertussen hadden we al veel leuke verhalen met elkaar gedeeld (de wachtkamermensen) en besloten we die avond samen te gaan eten. Luc, é;é;n van de Nederlanders nodigde ons en de Brazilianen uit in een chique restaurant. Van de rekening kregen wij niets te zien! Zeg nu nog eens dat Hollanders gierig zijn?! Bedankt, hé;, mannen!
‘s Anderendaags rendez-vous in de ambassade. Daar krijgen we het heuglijke nieuws dat het paspoort gevonden was en dat iedereen zijn visum vandaag zou krijgen. Eind goed, al goed! Ik begon me al scenario’s voor te stellen van een paar weken Bamako wachtend op een nieuw paspoort, een nieuw Mali visum enzovoort.

Voor we afscheid namen, kochten Gert en ik nog snel vier kleurrijke Afrikaanse tuinstoelen, want we mochten die meegeven in é;é;n van de drie vrachtwagens van de Nederlanders. We droomden sinds Niger al van zo’n stoeltjes, maar konden ze uiteraard niet vervoeren. Toffe dingen en spotgoedkoop, 10 euro ‘t stuk!
De Brazilianen zullen we misschien nog opnieuw zien in Mauretanië; om samen een stukje echt woestijnrijden te doen, maar dat is nog niet zeker.

Eerst gaan wij waarschijnlijk nog een weekendje doorbrengen met Maïka op een verlaten strand aan de oever van de Niger. Wel oppassen voor krokodillen!



Op de terugweg

Route Posted on Mon, May 11, 2009 11:54:40



Next »