Na de vorige post ben ik twee dagen goed ziek geweest, de reizigersdiarree. Tja, iedereen moet dat eens meemaken, zeker. Wij zijn al blij dat het de eerste keer is na bijna vier maanden! Diarree dus en een beetje koorts, maar vooral moe. Ik heb dus twee dagen geslapen, bijna niets gegeten, naar ‘t WC gegaan, Inulac genomen en af en toe een immodiumeke. De tweede dag had ik ‘s morgens goeie moed en ging ik mee met Gert naar het internetcafé;. ‘t Was daar echter vrij warm en ik voelde dat ik van mijne sus ging draaien, dus ik heb me daar neergelegd op de lekker frisse vloer. ‘t Was daar goed op de vloer, maar ge kunt denken dat ik nogal bekijks had! Een toubab strijk op de grond! Dus ik terug recht en ik bestel een colake. Tien minuten daarna draai ik weer weg. Gert heeft snel de computer ingepakt, een taxi geroepen en wij terug naar de auberge, waar ik dan in mijn bed ben gekropen. ‘s Avonds ging het al een stuk beter. Er arriveren ook nog twee Vlamingen, Jonas van Mortsel en Jana van Boechout, die we eerder al eens kort ontmoet hadden in Djenne. We drinken er een pint mee (ik een waterke) en hebben nog een gezellige avond.

De volgende dag ben ik echt een pak beter en we besluiten naar het dorp Tengrela te gaan, naar kapement Farafina, ons aanbevolen door Matt en Anna. Eerst is het 85 km tot in Banfora, vervolgens 7 km piste tot in Tengrela. Het is echt een piepklein dorp. De vrouwen staan aan te schuiven aan de waterpomp en vertrekken dan met grote kommen water op hun hoofd (en ze morsen bijna niets!). In het kampement is het WC weer een gat in de grond met een muurtje eromheen gebouwd. De douche is een hokje met een schuinaflopende vloer, zodat het water door een gat beneden in de muur op straat kan lopen. Ongelukkiglijk zijn die muurtjes eigenlijk net te laag, dus uw hoofd steekt eruit en degene die naast je staat te douchen hoeft maar een blik opzij te werpen om u in uwe pure te zien staan. Zo was er toch wel eens een Burkanibé; die zich toevallig ging omkleden in het hokje naast mij en hij had precies een afwijking aan zijn ogen, want die dwaalden steeds af! Waarom maken ze die muren niet een beetje hoger? Was het geld op? Enfin, c’est l’Afrique en al bij al wel grappig. Langs de andere kant van het muurtje is trouwens gewoon het dorp. De mensen passeren dus op weg naar huis en groeten het blanke hoofd dat boven de muur uitsteekt. Voor je een douche kan nemen, moet je eerst je emmer vullen aan de put. Heisen maar! Ik kan u verzekeren dat ge daar spierballen van krijgt. Volgens mij hebben al die Afrikaanse vrouwen supersterke spieren. Dat is pas sport!
Blog ImageTot zover de beschrijving van het sanitair. Voor de rest is het kampement heel erg gezellig, veel bomen, leuke hoekjes met tafeltjes en stoelen, veel ruimte en bovenal geen verkopers! Niemand die ons daar lastig viel! De baas Soulyman is een vriendelijke rastaman. Gert krijgt al onmiddellijk les in het bespelen van de balafon. We besluiten hier te blijven voor oudjaar.
De dag na aankomst heeft Gert het vlaggen, de reizigersdiarree. Waarschijnlijk overgekregen van mij. Een dagje hangen in de hangmat dus. Gelukkig is hij er de volgende dag al zo goed als vanaf.

Het dorp is bekend om zijn meer. Het meer is zo’n 100 hectare groot en er leven een paar honderd nijlpaarden! Voor 2000 CFA kan je mee op een prauw om nijlpaarden te spotten. Het was een prachtige ervaring! We gingen tussen vier en zes uur ‘s avonds, dan is de lichtinval zo mooi hier in Afrika. Het meer en omgeving is heel erg mooi! Riet langs de oever, lelies in het water, bomen op het land‘ En dan zien we twee nijlpaarden! Uiteraard enkel hun kop, maar ze geven een showke, spuiten door hun neusgaten, openen hun bek, brullen eens luid. Indrukwekkend! Wauw! Dat had ik nog nooit gezien, nijlpaarden in het wild! Echt leuk!
Blog ImageOns rustig kampementje is voor Gert dè plek om nog eens wat aan de auto te werken. Hij wil al lang het oliepeil van de versnellingsbak controleren, maar niemand krijgt de bout open. Gert heeft de hele dag geprobeerd totdat de bout echt compleet kapot was, maar niet open. Al het werk van die dag voor niets dus. Een tijdje geleden heeft Gert trouwens ontdekt dat de garagist in Bamako ons bedrogen heeft. Hij moest een oliewissel doen, wat hij gedaan heeft, maar Gert had hem ook een nieuwe oliefilter gegeven om de oude te vervangen. Nu blijkt dat die oude er nog steeds in zit! Hij heeft de nieuwe dus gewoon gestolen! C’est l’Afrique!
Terwijl Gert aan de auto knutselde, heb ik als een brave Afrikaanse huisvrouw de was gedaan. Emmertjes halen uit de put en schrobben maar. Eerlijk gezegd af en toe eigenlijk leuk om te doen! Ik kan daar wel van genieten, mooi weer, alle tijd, niet teveel nadenken, gewoon wassen en alles gadeslaan. Elke dag voor een hele familie, das natuurlijk een andere kwestie!
Blog ImageGert en ik bereiden ons voor op een rustige oudejaarsavond, want er is niet veel volk in het kampement. We hebben olijfjes gekocht en pringels, maar we verlekkeren ons vooral op de fles Piper Heisich (van Tom gekregen op het vorige Watts nieuwjaarsfeestje, merciekes), die heel de tocht vanuit België; overleefd heeft, die gepaseerd is langs alle douanes!
Genieten wordt het wel, rustig niet. ‘s Avonds arriveert er plots een grote groep Nederlanders. Zij reizen samen met een groep muzikanten van Burkina Faso, die in Lozane wonen. Die gasten hebben daar een fantastisch djembeoptreden gegeven! Daarna was onze Soulyman en familie aan de beurt met de balofons, drums en zijn zussen die dansten. Toftof!
Toch nog muziek dus, want het festival dat normaal op dit kampement zou doorgaan, werd na enkele dagen stopgezet, omdat het dorpshoofd overleden was en dan mag er vier dagen geen feest gevierd worden.
Enfin, ‘t was een leuk oudjaar. Eé;n minpuntje: die muzikanten die bij de groep Hollanders waren, die plasten altijd in de douche!!!! Wij maakten van onze tak en zeiden dat ze zich vergisten, maar ze trokken zich er weinig van aan! Eé;n ding was zeker, de volgende dag ging ik geen douche nemen in het eerste hokje! Wat zagen we ‘s morgens? Die gasten stonden te douchen in het toilet! Deden ze het erom ofwa?! En ik moest naar het toilet!

Die ochtend komt Marlon, de organisator van de groep Nederlanders, nog dag zeggen. Even babbelen over de auto en hij zegt dat hij een zeer goede en vooral betrouwbare Franse mechanicien kent in Bobo. We spreken de volgende ochtend af. Hij zou ons er naartoe brengen. Fantastisch!

Op weg naar Bobo rijden wij nog langs twee natuurfenomenen in de buurt: de ‘dômes’, grote speciale rotsen en een waterval. We parkeren bij het tickethokje van de dômes en stappen van daaruit naar de waterval, een wandeling van ongeveer drie kilometer. Omdat we dan langs de andere kant van de watervallen aankomen, passeren we niet langs het tickethokje en moesten we niet betalen! Dat had zelfs de man van de dômes ons gezegd: ‘Als je geluk hebt, ziet hij je niet en dan moet je niet betalen!’ Want ja, in Afrika moet je voor alles betalen, ook voor een waterval. ‘t Gaat hier wel maar om 1000 CFA (1,50 euro), hoor. Burkina is trouwens opmerkelijk goedkoper dan Mali. De prijzen kloppen hier nog met die uit de gidsen. Die van Mali zijn al allemaal opgeslagen.
Blog ImageNa onze natuurwandeling rijden we terug naar Casa Afrika in Bobo.
En dan zijn we vandaag. Marlon kwam ons vanochtend ophalen en bracht ons naar de Franse mechanicien. We konden echter niet onder de poort van zijn garage. We waren weer te hoog. We bespreken wel uitgebreid alles. Gert stelt alle vragen die hij had en de man verzekert ons dat het allemaal niet erg is, dat er eigenlijk niets an de hand is en dat we beter in Ghana alles grondig laten nakijken. De Ghanezen zijn experts in Land Rover en hebben alle onderdelen (Engelse kolonie geweest, vandaar). ‘Kunnen we dan nog zonder de olie te verversen in de versnellingsbak tot in Timboektoe rijden en terug?’ ‘Geen probleem’ ‘Ok, dan gaan we naar le Festival au Desert!’ besluiten Gert en ik na weken twijfelen en we schudden elkaar de hand.
De Fransman belt voor ons ook nog Nicolas op, een Belg. Hij is net door Ghana gereden en zou ons wat info daaromtrent kunnen geven. Nicolas arriveert snel en heeft zijn wegenkaart bij. Na wat info uit te wisselen, zeggen we gedag. Heel erg bedankt, Marlon!!!

We reppen ons naar het internet om Dara, Bouba en Maïka te verwittigen dat we naar het festival komen! Het zal een blij weerzien worden! Dara belden we op, we zullen hem een lift geven vanaf Sé;vare.
Timboektoe, stad van de woestijn, stad van de legenden, stad van de Toearegs, gouden stad‘, we komen eraan!