Woensdag 10 september 2008 hysterie, paniek op de weg! Angst in de bochten, tot ‘. gegil! ‘Ik zeg het toch! We gaan omvallen!’ Dit was Veerle aan het stuur. ‘Zet u gewoon efkes aan de kant.’ Dit was Gert, die gezien de omstandigheden zeer kalm bleef.
Ondertussen begin ik echter de kneepjes stilletjesaan een beetje door te hebben. Na tien maanden ga ik als een piraat terugkomen!
Na de bange dag, sliepen we in het dorpje St. Affrique ☺
Dan richting CARCASSONNE.
Camping dichtbij de oude stad gezocht, heel groot, heel duur.
Carcassonne is supertoeristisch. De straatjes zijn wel heel gezellig. Vooral vanbuiten de vestingsmuren gezien is de stad enorm indrukwekkend, als je aankomt rijden en ze voor je ziet opdoemen‘waauw!
Binnenin het kasteel is maar weinig te zien, vind ik.
Een historische noot voor de liefhebbers:
Carcassonne ligt in het land van de Catharen.
Hoe komt de stad aan haar naam? De Romeinen stichtten in 122 v.C. een nederzetting ‘Carcasso’. Of volgens de legende: Prinses Carcas, vrouw van de Saraceen, Balaak, zag Karel de Grote de stad aanvallen en ’Carcas sonne la belle de la cité;’.
De inwoners zijn altijd wat rebellen geweest. Zo werd ketterij ten tijde van burggraaf Raymond Roger Trencavel (1194-1209) toegestaan. De Trencavel dynastie bracht Carcassonne trouwens tot grote welvaart. Maar op 15 augustus 1209 wordt onze Raymond verslagen, na twee weken beleg. ‘t Was paus Innocentius III, die bezig was met zijn kruistochten. In 1224 komt Carcassonne in handen van de Franse troon.
Van de 13de tot de 17de eeuw was er het huis van de inquisitie in Carcassonne. Hier werkten en woonden de inquisitieleden. Ze onderzochten en beoordeelden de gevallen van ketterij. Hun archieven werden opgeborgen in de Tour de la Justice, die ze via een overdekte gallerij konden bereiken. Vandaag verkopen ze in het huis houten ridderzwaarden en schilden ☺
In de 18de eeuw bouwden de armste bewoners van Carcassonne hun huizen tussen de twee vestingsmuren in. Tot ze werden afgebroken voor de herstelwerkzaamheden van architect Viollet le Duc. Hij wou vooral een betere verdediging voor de stad. Enerzijds tegen Spanje, anderzijds tegen het Franse Koninkrijk, waar de lokale bevolking vijandig tegenover stond. Heropwaardering van de stad zou dat nu heten. Goed voor sommigen? Voor de toekomst?
De legende van de grote put (14de eeuw): De Westgoten zouden uit vrees voor de komst van Attila hier de schat van de Tempel van Salomon verstopt hebben. Er zijn al veel opgravingen gedaan, allen tevergeefs. Tja, ‘t is dan ook een legende, hé; mannekes! Trouwens die put is maar een lelijk ding.